 |
|
Osteopathie
Osteopathie
Osteopathie is een manuele behandelmethode gericht op klachten
die voortkomen uit storingen in de mobiliteit van strukturen in het menselijk
lichaam. Indien de mobiliteit van een struktuur (dit kan een bot, gewricht,
spier of orgaan zijn) vermindert, wordt de doorbloeding en/of zenuwgeleiding in
deze struktuur verstoord. Dit geeft een funktieverlies en kan aanleiding geven
tot allerlei klachten.
De osteopathie gaat bij haar behandeling uit van het zelfhelende
vermogen in de mens. Het menselijk lichaam tracht voortdurend een ideale balans
te waarborgen. Wordt deze balans verstoord dan kan dit tot kwalen of ziektes
leiden, welke zich kunnen aandienen in een zowel akute als chronische vorm.
Osteopaten zijn opgeleid om de oorzaken van een verstoorde
balans in het lichaam te vinden en manueel te behandelen. De osteopaat kan de
interakties van eventuele verstoorde systemen zien en voelen zodat bij
behandeling door een osteopaat het zelfhelende vermogen in de mens geaktiveerd
en geoptimaliseerd wordt. Osteopathische behandeling heeft reeds vaak tot
goede resultaten geleid bij o.a. huilbabies, chronische rug-en nekklachten,
menstruatiestoornissen, bekkenpijn, slaapstoornissen, migraine,
whiplashverschijnselen etc.
Wat is Osteopathie?
Osteopathie is een geneeswijze, die op het einde van de vorige
eeuw door Dr. A.T.STILL in de U.S.A. ontdekt werd. Bij het uitbreken van een
virale meningitisepidemie, waarbij hijzelf drie kinderen verloor, begon hij na
te denken over het feit dat sommige personen ziek werden en andere niet. De
principes van de osteopathie zijn gebaseerd op de logica van de toegepaste
kennis van anatomie, fysiologie en pathologie.
- het lichaam functioneert als een eenheid
- de structuur en de functie zijn onlosmakelijk met elkaar
verbonden
- het lichaam beschikt over zelf-regulerende mechanismen.
- een relationele therapie voor het lichaam is gebaseerd op
de kennis en de toepassing van deze 3 principes.
De osteopatische aanpak van een probleem is dus holistisch en
causaal. In de praktijk betekent dit dat een probleem niet alleen in
zijn lokaal kader bezien wordt, maar dat iedere struktuur op afstand elders een
probleem kan veroorzaken. De link tussen beiden kan muskulair, tendineus,
fasciaal, neurologisch, visceraal, arterieel, enz.... zijn. Er wordt dus
geredeneerd in oorzaak-gevolgketens. Deze twee principes,
holistisch en causaal, voeren ons zeer vaak naar de wervelzuil, wegens zijn
centrale rol als as van het lichaam, maar ook als huisvesting van het
zenuwstelsel, zowel het perifeer als het autonoom
zenuwstelsel. pariėtaal: dit staat voor alle
gewrichten in het lichaam, gaande van wervels tot het kleinste gewrichtje in de
vinger. Wanneer een bepaald gewricht niet meer optimaal kan bewegen, zullen de
omliggende gewrichten in je lichaam moeten compenseren waardoor er in deze
gewrichten een overbelasting komt. Bijvoorbeeld: wanneer er een gewricht in
het bekken geblokkeerd zit, kan het bekken bijgevolg niet meer goed bewegen en
moet je lage rug hierop compenseren met lage rugpijn tot gevolg. Om tot genezing
te komen moet er dus niet veel gedaan worden aan de rug, maar moet het bekken
terug losgemaakt worden zodat de overbelasting op de lage rug wegvalt.
visceraal: goed functionerende organen in ons
lichaam zijn van groot belang daar deze op zich kunnen zorgen voor klachten
(bijv. maaglast), of via hun bezenuwing kunnen zorgen voor bijvoorbeeld klachten
in de rug. Het behandelen van een orgaan moet eerder gezien worden als een
behandelen van de structuren rond dat bepaalde orgaan. Via osteopatische
technieken wordt er voor gezorgd dat het orgaan en de structuren errond goed
bewegen en dat de spanning weggenomen wordt. Bijvoorbeeld: een te grote
spanning rond de maagingang kan zorgen voor refluxproblemen (= 'het zuur') in de
slokdarm. Dit is meestal te wijten aan een te grote spanning rond de maagingang
en het diafragma (ademhalingsspier).
Cranio-sacraal: dit bestaat uit het cranium (=
de schedel) en het sacrum (= botstuk in het bekken), welke met elkaar in
verbinding staan via het ruggenmerg en de ruggenwervels. Daar het lichaam van
hieruit gestuurd wordt is het zeer belangrijk dat er hier geen
bewegingsbeperkingen zijn. Bijvoorbeeld: baby's die steeds terug overgeven en
vaak wenen juist na het eten, kunnen in vele gevallen geholpen worden door een
terug beweeglijk maken van de onderzijde van de schedel via osteopatische
technieken.
Zo kunnen we tot het besluit komen dat een osteopaat er vooral
voor zorgt dat alles goed functioneert en beweegt in het lichaam. Hij behandelt
dus geen ziekten maar zieken. Dus niet alleen voor rug- en nekklachten kun je
bij een osteopaat terecht, maar ook lumbago en ischias, chronische sportletsels,
uitstralingspijnen in armen en benen, gewrichtspijnen, whiplash, maag- en
darmproblemen, hyperventilatie, gynaecologische klachten, reflux bij baby's,
behoren tot zijn domein.
|